In het wetboek staat wat
iedereen moet doen,
mag doen en niet mag
doen.

De wet zegt dat de twee ouders gezag hebben over hun kinderen. Ook als ze apart gaan wonen. Ze moeten samen grote beslissingen nemen.

De wet zegt dat alle regelingen over ons verblijf mogelijk zijn.
De ouders of de rechter moet de beste regeling kiezen:
- evenveel tijd bij elke ouder, of
- meer tijd bij één ouder
De wet zegt niet dat een kind evenveel tijd bij elke ouder moet zijn. De rechter moet wel altijd onderzoeken of evenveel tijd bij elke ouder goed is voor het kind.

De wet zegt dat elke ouder moet betalen voor zijn kind. Ook een ouder die zijn kind heel weinig of nooit ziet, moet betalen. Betalen is een absolute plicht.
Met onderhoudsgeld van één ouder moet niet alles betaald worden. De twee ouders moeten eigen geld gebruiken om dingen voor hun kinderen te kopen of te betalen.

De wet zegt: De twee ouders beslissen samen over de nieuwe regelingen of de rechter beslist. En de kinderen tellen mee.
De ouders en de rechter moeten rekening houden met hun mening.

De wet heeft liever dat de ouders beslissen dan dat de rechter beslist.
De meeste ouders beslissen in een akkoord over de regelingen. De rechter aanvaardt dit akkoord en maakt van dit akkoord een vonnis. De rechter verandert dan niets aan wat de ouders hebben beslist. Heel af en toe verandert de rechter regelingen omdat ze tegen de wet zijn.

De wet zegt dat iedereen moet doen wat in een vonnis staat. Ook de kinderen moeten dat doen.

bij een volgend bezoek wil ik vanop deze plaats starten